Wie corona wil bestrijden, moet sociale dumping aanpakken

In Aalter raakten Portugese bouwvakkers besmet met Covid-19. Er moet een onderzoek komen naar hun leef- en arbeidsvoorwaarden.

In een oud hotel- en ­cinemagebouw in het centrum van het Oost-Vlaamse Aalter zitten 84 Portugese bouwvakkers in quarantaine nadat 17 onder hen positief getest hebben op het coronavirus. Burgemeester Pieter De Crem (CD&V) wil dat ze na hun quarantaine het gebouw zo snel mogelijk verlaten. Nu dringt zich echter een onderzoek op naar de arbeids- en leefvoorwaarden van die werknemers en hoe die het virus verspreiden.

Tot de regering-De Croo aantrad, was De Crem als minister van Veiligheid en Binnenlandse zaken verantwoordelijk voor de naleving van de coronamaatregelen. In die hoedanigheid focuste hij vooral op de individuele verantwoordelijkheid van burgers en veel minder op die van bedrijven. Voor hen golden minder strenge regels en negen op de tien bedrijven die toch de regels overtraden, kwamen ervan af met een waarschuwing. 

Als burgemeester krijgt De Crem nu een tweede kans om in zijn thuisbasis te bewijzen dat hij wel dezelfde strengheid aan de dag legt tegen bedrijven.

De eerste vereiste daarvoor is dat er duidelijkheid komt over de situatie van de betrokken bouwvakkers.

Terwijl de eerste schepen van Aalter in de pers verklaarde dat er bij een controle in het hotel geen onregelmatigheden werden vastgesteld, beweert De Crem het tegendeel. ‘De wetgeving wordt flagrant overtreden: controle wees uit dat de 84 Portugezen niet beschikken over geldige verblijfsvergunningen’, zegt De Crem. ‘Los van de uitbraak was het gemeentebestuur al langer van plan om het gebouw te sluiten. Dit is een klassiek geval van huisjesmelkerij.’

Als voormalig minister van Binnenlandse zaken is De Crem er goed van op de hoogte dat huisjesmelkerij een van de fenomenen is die kan wijzen op mensenhandel (naast economische uitbuiting en het inhouden van verblijfsdocumenten).

Om te beoordelen of sprake is van mensenhandel, moet nu een ernstig onderzoek worden gevoerd door de sociale inspectiediensten.

Voor een keer beschikt de overheid hier over alle mogelijkheden: deze 84 mensen zitten samen in quarantaine en kunnen worden ondervraagd over de manier waarop ze tewerkgesteld zijn en in dat hotel zijn terechtgekomen. Als 84 bouwvakkers samen in een hotel zitten, is er veel kans dat er sprake is van een georganiseerd gebeuren.

De Crem wil nu dat die bouwvakkers het hotel verlaten. Dat is geen goed idee. Als dat gebeurt en die werknemers verspreid raken, kan zo’n onderzoek nog moeilijk plaatsvinden. Nochtans omschreef het college van procureurs-generaal mensenhandel en sociale dumping als een prioriteit in het vervolgingsbeleid.

Sociale dumping als virusverspreider

Fundamenteel bewijst het voorval dat de werksituatie wel degelijk kan leiden tot een enorme verspreiding van het virus. 17 van de 84 werknemers testten positief op corona. Als die werknemers nadien met velen in een hotelkamer logeren, heb je alle ingrediënten voor een snelle verspreiding.

Onlangs stelde Pieter Timmermans, de topman van het VBO, dat de werkvloer de veiligste plaats is. Dat was een onbewezen en ook wel nogal gemakkelijke claim. In tegenstelling tot bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk worden in België nauwelijks gegevens bijgehouden over de plaats van tewerkstelling van mensen die het virus hebben opgelopen.

Vele feiten lijken eerder in de andere richting te wijzen. De situatie in slachterijen in het Verenigd Koninkrijk en Duitsland werd voldoende gedocumenteerd. Zo werden in juni alle 7.000 werknemers van het slacht- en vleesverwerkingsbedrijf Tonniës in Duitsland in quarantaine gezet, nadat 1.500 werknemers positief hadden getest. En wat belangrijker is: in navolging daarvan besliste Duitsland om een onderzoek te openen naar hoe de arbeids- en leefvoorwaarden van werknemers in die bedrijven verbeterd kunnen worden. Ook in België is dat geen overdreven luxe.  

Corona als katalysator voor betere arbeids- en leefvoorwaarden, wie vinden we hierbij als bondgenoot?

Jan Buelens en Hind Riad zijn advocaten bij Progress Lawyers Network. Jan Buelens is docent arbeidsrecht aan de Universiteit Antwerpen en Université Libre de Bruxelles.